vrijdag 29 mei 2009

Eten in het donker


"Ik ben zo benieuwd", fluistert een jongedame haar vriend toe in de rustgevende lounge van restaurant Ctaste. Ze speelt met haar donkerblonde krullen en haar voet danst nerveus op en neer. Haar vriend knikt goedkeurend, terwijl hij voorzichtig aan zijn tapbiertje nipt. Ze staan op het punt om de eetzaal te betreden. Een bijzondere eetzaal, want Ctaste is het enige restaurant in Nederland waar je in het pikkedonker kunt eten.

In de lounge van Ctaste staat een jonge vent, halverwege de twintig, netjes gekleed in pak. Het is bedrijfsleider Richard Ballij en hij instrueert alle aanwezigen over de gang van zaken bij Ctaste, voor we de eetzaal gaan betreden. "Wat jullie gaan eten blijft een verrassing, maar om jullie geen dingen voor te schotelen die jullie absoluut niet lusten, mogen jullie kiezen tussen een vlees-, vis-, vegetarisch- of verrassingsmenu. Ook kun je aangeven als je een bepaald soort eten niet wilt of mag hebben, dan houden onze chef-koks daar rekening mee." Verder laat hij niks los over het menu. Na de instructie worden Ellen en ik voorgesteld aan onze persoonlijke ober, Jeroen Govaard (27). Een vrolijke vent, met kort stijlvol haar en een bungelend ringetje in zijn linkeroor. "Hebben jullie er zin in?", vraagt hij ons terwijl hij lachend in zijn handen wrijft. Jeroen zorgt samen met de andere ober Steven voor de bediening bij Ctaste. Beiden zijn ze visueel beperkt. Het is een initiatief van de oprichters van het restaurant om ze aan te nemen, omdat visueel beperkten beter kunnen functioneren in het donker dan iemand met volledig zicht. Het is immers altijd donker voor hen. Jeroen geeft ons de laatste instructies en we moeten al onze lichtgevende eigendommen in een kluisje deponeren. Horloges, mobiele telefoons en zelfs zaklampen ("Je kunt het zo gek niet bedenken", aldus Jeroen) worden namelijk regelmatig gebruikt om het donkere avontuur te verstoren. "Als jullie klaar zijn mogen jullie elkaar bij de schouders pakken en dan lopen we in een polonaise naar jullie tafel", besluit Jeroen. Volgzaam verdwijnen we in de eetzaal.

Als een gordijn van zwarte mist omsluit het donker ons. Er klinken overal stemmen en een vrolijke achtergrondmuziek. Het moet aardig druk zijn en ik schat zo'n twintig tot dertig personen. Op de tast en met behulp van ober Jeroen nemen we na lang en voorzichtig schuifelen plaats achter onze gereserveerde tafel. Het beklemmende en duizelige gevoel van het totale duister krijgt even de overhand, maar na enkele minuten gaat het beter. Bij Ellen duurt het iets langer. Het gebrek aan licht heeft effect op de gevoelstemperatuur; ze rilt van de kou. Jeroen is weer terug, met een fles water. Moeiteloos geeft hij de fles aan als ik mijn handen onwennig in het duister uitsteek. Ook de handen van Ellen vindt hij direct en hij voorziet deze van twee waterglazen. Jeroen blijft nuchter over zijn moeiteloze functioneren in het donker: "Toen ik hier ben komen werken heb ik eerst een hele dag geoefend waar alle tafels waren en hoe alles lag. Het aangeven is niet zo moeilijk. Niemand zal namelijk een glas boven zijn hoofd verwachten. Het is gewoon een gewenning." Jeroen lijkt het hier makkelijker uit te drukken dan het daadwerkelijk is. Buiten dat hij elke tafel feilloos weet te vinden en alle volle borden en glazen zonder morsen voor de juiste persoon zet, weet hij ook precies wie er bij welke tafel zit. Zo onthoudt Jeroen al gauw minstens tien namen en de bijbehorende tafel. Ondertussen proberen we ons eerste dilemma te verhelpen: hoe weten we bij het inschenken van ons glas dat dit vol is? Ellen meet met haar vinger de waterstand in het glas. Ik gebruik mijn lippen om te voelen of de rand van het glas al is bereikt.

Jeroen is terug. Dit is te horen aan het kattenbelletje dat hij bij zich draagt en zijn onmiskenbaar vrolijke stem. Hij legt uit dat het voorgerecht wordt opgediend en nog voor hij is uitgepraat voel ik een bord voor me staan. Terwijl ik nog bezig ben met het sorteren van het bestek en het bijvullen van ons water, begint Ellen al te voelen op haar bord. We twijfelen over het bestek, maar besluiten onze handen te gebruiken. Er rolt iets ronds op het bord. Het is een cherrytomaat, die Ellen er moeiteloos tussenuit pikt. Ook de aanwezige ruccolasla is onmiskenbaar. Maar er ligt nog meer op het bord. Onherkenbaar koud vlees, een beetje taai, maar goed te eten. Het is niet heel vet aan de vingers en heeft een langwerpige vorm. We houden het op kip. Verder ligt er een stukje stokbrood en ernaast iets glibberigs. Dat smaakt als jam en zonder aarzelen gooi ik het met blote vingers op het stukje brood. Voor de zekerheid voelen mijn plakkerige vingers nog even over het hele bord – van buiten naar binnen – maar alles is nu echt op.

Tussen het voorgerecht en hoofdgerecht heb ik gekozen voor een spoom. Een spoom is een mousserende wijn (in dit geval een kava) met ijs, veelal gebruikt om de nasmaak van het voorgerecht te neutraliseren. De spoom is lekker fris, smaakt naar champagne en bevat een bolletje mango en passievrucht ijs: een combinatie van sprankelende smaken. Ondertussen moet Ellen naar het toilet. Er is afgesproken dat in deze gevallen Jeroen moet worden geroepen. Hij zal de gast met hoge nood dan veilig naar het (verlichte) toilet brengen. "Jeroen!", roep ik. "Ik kom eraan meneer!", klinkt het verderop. Dan grapt een stem van rechts: "Kun je niet zien dat hij druk is?" Onze overburen vullen aan: "Tsjongejonge, een beetje geduld he!" Ik excuseer me wijselijk en er wordt gelachen. Humor in donker met onzichtbare mensen, het geeft een raar gevoel. Alsof je tegen een muur praat, maar in dit geval praat de muur ook terug. Dan is het wachten op het hoofdgerecht. En wachten lijkt een eeuwigheid te duren in het aardedonker. Je kunt je tijd niet vullen met een gesprekje over die mooie satijnen stoeltjes, het prachtige eikenhouten interieur of die rare man in de hoek die meer soep in zijn baard dan op zijn bord heeft zitten. Je bent volledig op je andere zintuigen aangewezen. Het is dan ook niet gek dat het er luidruchtiger aan toe gaat dan in andere restaurants. Iedereen lacht, praat door elkaar heen en verwondert zich keer op keer over het duister.

Na een tijdje 'verschijnt' Jeroen weer. We hebben ondertussen niet stilgezeten; Ellen gooide de fles water van tafel en het heeft ons veel moeite gekost om deze van het gangpad te verwijderen, voor Jeroen zich er aan zou bezeren. Ik constateer dat het bord gevuld is met rijst, maar Ellen corrigeert en bestempelt het als couscous. Daar zou ze later gelijk in blijken te hebben. Bij de couscous zit een frisse saus. Nu besluiten we wel om onze vork als hulpmiddel bij het eten te gebruiken, omdat de couscous veel te klein is voor je vingers. De eerste scheppen gaan moeiteloos, maar naarmate het bord leger wordt schep je steeds vaker een lege vork in je mond en weet je niet waar de overige resten liggen verspreid. Voor dit dilemma vinden we het volgende: geregeld verzamelen we alle couscous met onze vingers in het midden van het bord. Van daaruit scheppen we het met de vork op. Bij de couscous is een heerlijk, mals stuk vlees toegevoegd. Het is net kip, maar het is zachter en de vorm is sierlijker. Ook nu gokken we verkeerd met kip. Als na even wacht het nagerecht wordt geserveerd is het gissen. Het smakenensemble van zoet, zuur en bitter brengt onze smaakpapillen in de war. We weten alleen de explosiesuiker, die ook de knetterende waterijsjes uit de supermarkt opleukt, er tussenuit te pikken. Als nu ook het laatste deel van de maaltijd is verorbert likken we onze vingers schoon van het plakkerige ijs en de slagroom. Nog één keer roepen we onze persoonlijke ober.

Jeroen ëscorteert ons terug naar de lounge. Uitgebuikt en met zere ogen nemen we plaats op de rustgevende banken. Bedrijfsleider Richard Ballij zal ons vertellen wat we zojuist hebben gegeten. Al bij de beschrijving van het voorgerecht klinkt er wat gegiechel en gejoel bij enkele Surinaamse dames. "Kangaroevlees!?" Gillend vliegen ze in elkaars armen. "Ik dacht aan een lekker biefstukje!", schatert de luidruchtigste van het stel. Het vlees van het hoofdgerecht brengt bijna dezelfde verbaasde reacties met zich mee. Niemand kon namelijk raden dat het om eend ging. In het nagerecht waren kletskoppen, bladerdeeg met baileysroom en diverse soorten ijs verwerkt.

Een kort gesprek met de bedrijfsleider leert ons dat het idee van Ctaste voortkomt uit het buitenland. Het concept is bedoeld om vooral de zintuigen smaak, tast en geur extra te stimuleren door het zicht weg te nemen. Toen de oprichters van Ctaste eens hebben gegeten in de vestiging in Parijs, besloten zij het naar Nederland te halen. "Zelf ben ik erin gestapt omdat ik wilde ondernemen met iets nieuws. Daar past dit concept perfect bij", aldus Ballij. We nemen afscheid van hem en Jeroen en slaan de weg in richting parkeerplaats. Ellen is nog in gedachten, maar laat plotseling van zich horen: "Dus we hebben gewoon kangaroevlees gegeten he..?"

maandag 4 mei 2009

Mediahype Apeldoorn

Het staat nog net niet met grote dikke koeienletters op de websites van de grotere media vermeld, maar kranten en actualiteitenprogramma's zijn op zoek naar iedereen die iets kan vertellen over het drama op Koninginnedag in Apeldoorn of liever nog over Karst Tates, de dader. De persen moeten rollen, de krantenpagina's gevuld en de televisie-uitzending ingedeeld. De mediahype is in volle gang.

Mediahypes zijn in het begin leuk, maar gaan net zo lang door totdat niemand (in dit geval) het woord Apeldoorn nog kan aanhoren. Het is een periode van dagen tot weken waarin elke dag het laatste 'nieuws' en de ontwikkelingen worden gegeven. Als er geen nieuws meer is, wordt er wel nieuws gemaakt. Experts over allerlei zaken worden uit hun grot getrokken en mensen op straat worden lukraak ondervraagd om maar iets te kunnen publiceren.

Piet uit Den Helder: 'Karst Tates? Ja die kende ik wel. Hij woonde drie straten achter mijn schoonmoeder. Ik heb hem de vuilnisbakken aan straat zien zetten toen we vorige zomer op bezoek waren in Huissen. Het leek me geen man die tot zoiets in staat was'

Joop, de plaatselijke visboer van Urk: 'Titus… Tates, dat was het ja! De vriendin van mijn neefje, d'r moeder heeft een kapsalon, waar de buurvrouw van de ouders van Tates vaste klant waren. Een stil manneken was het hoor, die Karel… Karst!'

Monique werkt achter de balie van IJssalon De IJsbeer in Huissen, de woonplaats van Tates: 'Ja Karst Tates. Heftig hoor. Hij kwam hier geregeld… vorige week nog! Een oubliehoorn, twee bolletjes vanille en één pistache en een toefje slagroom, ik weet het nog goed!'

En hupsakee, Hart van Nederland heeft weer twee minuten kunnen vullen met onzin over iets dat met het drama te maken heeft.

Nu ga ik zelf ook even aan die mediahype meedoen. Afgelopen vrijdag, in de hele vroege morgen, berichtte ik al kort over Apeldoorn. Gevolg: in de eerste drie dagen van mei bezochten al meer dan 700 afzonderlijke mensen mijn weblog. Hoog tijd dus voor een tweede bericht over het drama. We gaan naar Huissen, op 30 april, enkele uren na de aanslag. NOS interviewt caféhouder Sietse Braam van café Het Moment, naast het appartementencomplex waar Tates woonde. Braam vertelt over hoe hij Tates wel eens in zijn café zag. Hij zegt het op een manier alsof hij de man kende: "Ik zou nooit verwachten dat hij tot zoiets in staat was." Een dag later komen de camera's van Hart van Nederland op bezoek en weer is Braam in beeld. "Hij kwam hier eigenlijk amper", is nu zijn opvallende antwoord. Ook op 1 mei verschijnt in de gratis krant Metro een interview met diezelfde Sietse Braam. Daarin maakt de cafébaas het nog mooier: "Als ik een foto van hem zou zien zou ik hem misschien wel herkennen", zegt eigenaar en barman Sietse Braam. "Maar hij kwam hier zeker niet regelmatig. Misschien heb ik hem wel eens voorbij zien lopen." Hieronder de videobeelden, als bewijs.

Zo gaat het dus tijdens een mediahype. De media lopen blind hun neus achterna en iedereen die wat te vertellen heeft wordt geloofd. Raar eigenlijk dat niemand van HvNL of Metro voor het interview wat feitenkennis heeft opgedaan. Een blik op Google of het volgen van het journaal was immers genoeg geweest om de verdraaiing van Braam's woorden nader te ondervragen. Tijdens mediahypes wordt er niet meer zo goed op feiten gelet. Dus aan alle Pieten, Jopen en Moniques van Nederland: surf even naar de website van de SBS en meld je aan, want Hart van Nederland is nog naarstig op zoek naar mensen die iets over Karst Tates kunnen vertellen.

vrijdag 1 mei 2009

Tragedie in Apeldoorn

Terwijl ik vanuit werk naar huis rijd, zie ik langs de kant van de weg de vele Nederlandse vlaggen. Maar waar ze normaal gesproken trots wapperen in de stevige wind, hangen ze er nu verslapt en treurig bij. Vandaag heeft een tragedie plaatsgevonden in Apeldoorn. Karst Richard Tates, een 38-jarige man uit Huissen, besloot om met nog onbekende reden op de Koninklijke bus in te rijden. Zijn poging strandde echter op 'De Naald', het kunstwerk aan de Zwolseweg. In zijn allesvernielende weg richting het monument eiste de Suzuki Swift van Tates vijf onschuldige levens. Mensen die verheugd een glimp van de koningin hadden opgevangen, seconden later dood.

Twee slachtoffers zijn zojuist gelanceerd door de Suzuki van Tates, die zelf bewusteloos voorovergebogen achter het stuur zit. De impact van de klap is immens, waarbij zelfs de schoen van het meisje van haar voeten is gerukt. Voor een vergrote versie, klik op de foto. Voor meer foto's: klik hier. (niet voor zwakke magen).

Met een brok in haar keel spreekt Hare Majesteit in de namiddag het volk toe. Ze is overduidelijk emotioneel geraakt door de onbezonnen daad van Karst Tates. Op TV is het nieuws niet weg te slaan: de mediahype is in volle gang. Experts worden uitgenodigd, getuigen van het ongeluk en buurtbewoners van Tates ondervraagd. Het verbaast me hoeveel mensen zich bekommeren over het lot van Koninginnedag of de Koninklijke kliek, die op het moment van de 'aanslag' veilig vanuit een gepanserde bus toekeek. Persoonlijk bekommer ik me liever over het lot van de zeventien mensen (vijf doden, vier zwaargewonden en acht lichtgewonden) die zich níet konden verweren tegen het geweld van de dader. Waar een vernietigende blog over de vreselijke oranjenacht van Enschede had moeten staan, staat nu deze kleine berichtgeving over een nieuwe zwarte dag in de Nederlandse geschiedenis. – Wordt vervolgd? –