maandag 16 maart 2009

‘Negen keer kampioen en nooit een rondje gelopen’

Vier Tubantersleden over voetballen met Abe Lenstra


Als Gerrit (Flip) Huiskes (68), Thijs Groot (72) en Wim ter Horst (72) de vernieuwde rookruimte binnenwandelen, gaat de aandacht direct naar een elftalfoto aan de muur. Het is de elftalfoto van 1963, waar Abe Lenstra, zwartgekuifd, tussenuit springt. Meteen beginnen de veteranen de spelersnamen af te gaan. Volgens Jan Geerdink, die zojuist ook de ruimte heeft betreden, veel onbekende spelers van buiten De Tubanters. "En wij staan er niet op!" klinkt er dan uit één van de monden.


Er staan niet veel Tubantersmannen op de elftalfoto met Abe Lenstra. Alleen Henk Hofmeijer, Arend Boeijink, Henk Zwerver, Gert Soetermeer, Jan Bouwhuis en doelman Albert Wooldrik speelden al in het eerste voordat een van Nederlands grootste voetballers naar De Tubanters vertrok. Waarom staan de drie heren eigenlijk niet op deze foto? Zij mochten er niet op – blijkt uit het antwoord – omdat ze terug waren gezet naar het tweede. De komst van Abe Lenstra veroorzaakte zo'n instroom van voetballers (voornamelijk van de Enschedese Boys, maar ook ex-prof Vreeling van Rigtersbleek en meer voetballers uit de hele regio), dat de drie mannen hun basisplek kwijtraakten. Blij waren ze natuurlijk allerminst, maar door de vele afgevallen spelers, kreeg De Tubanters nu ook de beschikking over een goed tweede elftal.


Enkele weken daarvoor was het allemaal begonnen. Huiskes: "Ik deed de krant open en zag staan: 'Abe Lenstra naar De Tubanters'. Dat had ik niet kunnen dromen!" "Stomverbaasd!" haakt Groot in. Ook Ter Horst knikt instemmend mee. Jan Geerdink, de archivaris van De Tubanters, hoort de oude herinneringen aan en voorziet deze van extra informatie. Op de vraag hoe Lenstra bij De Tubanters terecht is gekomen ontstaat wat twijfel, maar Geerdink verklaart: "Johan Bakker (destijds bestuurslid, WL.) had contacten met Abe en kon een baan voor de topvoetballer regelen bij een brouwerij. In ruil daarvoor kwam Abe voetballen bij De Tubanters."


"Het ging toen al net als nu", zegt Thijs Groot. "Tegenwoordig worden spelers van elke club gepaaid met geld, toen gebeurde dat met de belofte van een baantje."

De aantrekking van Abe Lenstra komt op een moment dat De Tubanters het FC Volendam van de vierde klasse is. Ter Horst vertelt daarover: "We gingen van heen en weer. Het ene jaar degradeerden we naar de TVB (Twentsche Voetbalbond) en het jaar daarop promoveerden we weer naar de vierde klasse KNVB." De aantrekking van Abe moest de nodige stabiliteit in het elftal brengen en met de komst van grote jongens als Henny Vreeling leek een topelftal in de maak.


Het seizoen 63/64 vangt aan. Op het complex van Zuid-Eschmarke speelt De Tubanters voor liefst vijfduizend toeschouwers, die allemaal een glimp van de grote Abe Lenstra willen opvangen. De recettes zijn niet mis: 1500 gulden, bijna net zoveel als normaal in een heel seizoen. Ook reist de selectie stad en land af om wat vriendschappelijke wedstrijden te spelen. Jan Geerdink: "We konden overal wel spelen, vanwege Abe. De uitnodigingen voor oefenduels stroomden binnen bij de club."

Tijdens het seizoen gebeurt er iets bijzonders: Herman Kuiphof (de onlangs overleden sportjournalist) komt met een camera langs het veld staan voor een documentaire over Abe Lenstra. De beelden zijn er nog altijd, maar in het bezit van de erven Lenstra, die ze niet ter beschikking stellen. De wedstrijd tegen Glanerbrug eindigt in een klinkende 8-1 overwinning; Lenstra zou niet scoren. Hoewel er van buitenaf geen vuiltje aan de lucht lijkt bij De Tubanters, loopt het niet zo gladjes als gedacht. De prestaties vallen over het algemeen tegen, het eerste elftal heeft meer moeite met de tegenstanders dan vooraf werd verwacht. De oud-eerste spelers, waaronder Groot, Huiskes en Ter Horst, mogen weer meedoen en enkele nieuwkomers worden dus teruggezet naar het tweede. "Deze waren dus al snel weer vertrokken bij De Tubanters", zegt Geerdink.


"Abe was een sportman, hij kon alles", herinnert Ter Horst zich. Dan beginnen de heren allemaal sporten op te sommen. Voetbal, biljarten, schaatsen, hardlopen. "Abe was altijd de beste." Maar in de tijd dat Abe bij De Tubanters speelde, dan de veertig al gepasseerd, staken zijn prestaties niet boven de rest van het team uit. "Ik kan niet zeggen dat hij van absolute meerwaarde is geweest", vertel Huiskes. Groot vult aan: "technisch kon hij het allemaal wel, maar fysiek was het natuurlijk niet heel goed meer." Toch hebben alle drie oud-spelers veel van Lenstra geleerd. "Hij was wel een leider", zegt Groot. "Hij stuurde ons aan in het veld", vervolgt Ter Horst. Flip Huiskes noemt een voorbeeld: "Hij vertelde mij eens een vrije trap kort te nemen. Ik kon er destijds met de kop niet bij. Zo'n bal gooide je vroeger gewoon in één keer voor het doel. Abe was zijn tijd vooruit."


Ook over de persoon Abe Lenstra hebben de heren gemengde gevoelens. Geerdink kent Lenstra als een norse man. "Een stugge Fries", aldus Groot. Huiskes kan daar wel wat in vinden: "Abe was nukkig en kwam arrogant over, maar als je hem kende was het best een aardige kerel." De Tubantersmannen herinneren Lenstra ook als een man met enkele privileges. Zo ging de in 1985 overleden voetballer altijd met zijn eigen auto naar uitwedstrijden, ging hij niet op foto's en ook niet naar etentjes na de wedstrijden. Verder liep hij voor de training ook geen rondjes om het veld, maar schoot hij wat ballen op doel. Als Flip Huiskes eens tijdens een training daarover protesteert krijgt hij een preek van de legendarische voetballer. Huiskes zet een oude schoolmeestersstem op en citeert: "Weet je wel wat ik allemaal heb gewonnen, jongeman? Ik ben negen keer kampioen van Nederland geweest en ik heb nog nooit een rondje gelopen!"


In het eerste seizoen met Abe Lenstra wordt de hoofdmacht van De Tubanters tweede in de vierde klasse. Het seizoen daarop krijgt echter een bittere nasmaak. Het loopt niet lekker met het team en de frustraties lopen hoog op onder de spelers. Ook Lenstra heeft niet zoveel interesse meer in het voetbal en op het laatst doet hij zelfs niet meer mee. Aan het hoofdstuk Lenstra (augustus 1963 – mei 1965) komt een eind. Hij vertrekt naar SOS uit Hellendoorn.

Alle vier heren zijn het er over eens: Abe was een fantastisch sportman en een indrukwekkend persoon. Echter, in zijn periode bij De Tubanters was hij geen meerwaarde meer voor het team. "Maar wel een trekpleister voor het publiek", aldus Wim Ter Horst.


Het moment voor de foto is aangebroken. De mannen glunderen als de teamfoto uit 1963 van de muur wordt gehaald en in hun handen wordt gedrukt. Zo krijgen ze, ruim 45 jaar na dato, alsnog wat ze toekomt: op de elftalfoto met Abe.


Vlnr: Ter Horst, Huiskes, Groot en Geerdink

Geen opmerkingen:

Een reactie posten